IS ER EEN TOEKOMST VOOR HET KAPITALISME?

Het kapitalisme ligt onder vuur. Populaire, kritische boeken van onder andere Thomas Piketty, Joris Luyendijk en Jesse Klaver betwisten de houdbaarheid van het systeem. Het inspireerde het weekblad Elsevier deze week echter tot een heuse ode onder de titel ”Blij met het kapitalisme.” Heeft het kapitalisme nog een toekomst?

Foto Kapitalisme

Sinds 1989 was de kritiek op het kapitalisme minimaal. De muur was gevallen, het socialistische systeem had gefaald, de triomf van het liberalisme was daar. Men sprak van het gelijk van rechts en het einde van de geschiedenis. In de booming jaren 90 leken er weinig redenen om vragen te stellen. Het kapitalisme floreerde en had dankzij progressieve leiders als Bill Clinton, Tony Blair en Wim Kok een menselijk gezicht. Zij bekeerden zich tot de Derde Weg, een mix van sociaal-democratie en liberalisme.

Maar in 2008 stortte het systeem in door de kredietcrsis. Banken bleken ingewikkelde financiële producten te verkopen die zij zelf niet eens meer begrepen, financierden constructies met geld dat niet bestond. Lehmann Brothers en DSB Bank gingen failliet, pensioenen verdampten, huizen stonden onder water. Politici, de aanhangers van de Derde Weg, maar ook anderen, hadden in hun optimisme de financiële wereld veel te veel vrijheid gegeven. Een trend die overigens vooral is ingezet in de jaren 80 door de Amerikaanse president Reagan en de Britse premier Thatcher, grote voorstanders van zoveel mogelijk vrije markt.

Groeit door het kapitalisme de ongelijkheid tussen arm en rijk? Het is lastig die vraag eenduidig te beantwoorden. In de Verenigde Staten is die kloof in de afgelopen decennia gegroeid en dat heeft absoluut met het ongebreidelde kapitalisme te maken. Tegelijkertijd is wereldwijd de middenklasse in de afgelopen decennia enorm gegroeid, met name in landen als China, Brazilie en Turkije. Mede dankzij economische groei die op kapitalistische wijze tot stand is gekomen.

Dat het kapitalisme zonder goede spelregels tot excessen leidt lijkt me glashelder. Denk aan voorbeelden als financiële wanproducten, peperdure medicijnen met hoge winstmarges, belastingontduiking, milieuvervuiling en uitbuiting van werknemers. Kapitalisme is in zichzelf niet goed, en het streven naar zoveel mogelijk vrije markt leidt niet automatisch tot een betere wereld. Volgens Elsevier corrigeert de markt zichzelf altijd na verloop van tijd. Dat is tot op zekere hoogte waar, maar als je daar volledig op vertrouwt, is het resultaat onvoldoende.

In een kapitalistische wereld zijn mensen volgens Elsevier vrij om te kiezen hoe ze hun geld verdienen en spenderen. Maar die vrijheid is natuurlijk altijd beperkt en ook niet altijd gelijk verdeeld. Wel is het zo dat consumenten vaak veel slimmer van hun vrijheid gebruik kunnen maken. Bijvoorbeeld door bewuster te consumeren en door je actiever te bemoeien met zaken. Door te kiezen voor een abonnement op een biologische groentekrat van ondernemers in de buurt of door te kiezen voor groene stroom. Door gebruik te maken van inspraakrecht bij je pensioenfonds kun je meebepalen waar het geld wordt belegd, in startups of in multinationals, in milieuvriendelijke of in milieuvervuilende producten. Te veel mensen nemen die moeite niet.

Daarnaast gaat Elsevier voorbij aan het feit dat de winsten van het bedrijfsleven niet alleen maar te danken zijn aan de vrije markt. De overheid beschermt de markt door het heffen van invoerrechten, de landbouwsector wordt overeind gehouden door subsidies van de Europese Unie en er zijn belastingvoordelen voor internationale bedrijven die zich hier willen vestigen. Het bedrijfsleven profiteert ook van infrastructuur, onderwijs, politie en defensie, allemaal gefinancierd door de overheid.

Volgens Elsevier heeft marktwerking ons veel voordeel gebracht, bijvoorbeeld op het gebied van energieleveranties, telefoon en kabeltelevisie. Inderdaad kunnen we nu zelf kiezen voor groene stroom en bellen is goedkoper geworden. Maar bij kabeltelevisie zie ik het voordeel niet. Het was ooit een relatief goedkope nutsvoorziening, nu is de kabel in handen van commerciële partijen die hem duurder hebben gemaakt en die de winsten afromen naar buitenlandse aandeelhouders. Liberty Global, de eigenaar van UPC en Ziggo, heeft 90% van de Nederlandse kabelmarkt in handen. Jaarlijks wordt ca 600 miljoen Euro winst vanuit Nederland overgeboekt naar Amerikaanse aandeelhouders. We betalen er allemaal een paar tientjes per jaar aan mee en ik zie niet in waarom wij daar beter van worden.

De zegeningen van het kapitalisme zijn volgens Elsevier vooral te zien in China, Brazilië en India. Het blad verzuimt echter te vermelden dat de economische groei in die landen wel degelijk vergezeld wordt door sociale programma’s van de overheid. En er is een belangrijke keerzijde: Met name in China wordt economische groei gerealiseerd ten koste van het milieu, arbeidsomstandigheden, voedselveiligheid en dierenwelzijn.

Bovendien geldt voor die landen: Vanuit een achterstandspositie is er meer ruimte voor groei dan vanuit een economie die zich al op het hoogste niveau bevindt. Ja China, India en Brazilië groeien hard, maar toch zou ik niet met ze willen ruilen.

In 2008 organiseerde ik samen met Coolpolitics de Lowlands University, universitaire colleges op een popfestival. Onze gast was de econoom Arnold Heertje. Hij gaf een prachtig college over hoe volgens hem de economie te veel in het teken is komen te staan van geld. Economie gaat volgens Heertje niet alleen over geld, maar over behoeftenbevrediging. Geld is dan heel belangrijk, maar economie gaat ook over onderwijs, gezondheid, geluk en zelfs ook over sex en vooral over de balans tussen al die zaken.

Uiteindelijk denk ik toch dat Die Derde Weg zo gek nog niet is. Onbegrensd kapitalisme heeft ons veel ellende gebracht. Het voorstel van Thomas Piketty om een wereldwijde belasting op vermogen en een belasting van 80 procent op inkomens boven de 500.000 dollar in te voeren is interessant, maar niet realistisch. Die Derde Weg is eigenlijk ook geen uitvinding uit de jaren 90. Het is de sociale markteconomie waar Nederland en (West-)Duitsland groot mee zijn geworden na de Tweede Wereldoorlog. Landen waar de rijken een groot deel van hun inkomen afstaan aan de staat en waar iedereen door de overheid zijn bestaanszekerheid gegarandeerd krijgt in de vorm van uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid, werkloosheid of ouderdom. Het is niet in alle opzichten ideaal, maar het zorgt ervoor dat Duitsland en Nederland op sociaal-economisch terrein behoren tot de meest aantrekkelijke landen ter wereld.

Het is vooral van belang om voldoende checks & balances in te bouwen, zodat kwalijke economische effecten snel worden gesignaleerd en gecorrigeerd. Wat dat betreft hebben de politici van de Derde Weg in de jaren 90 gefaald. De Derde Weg, of de sociale markteconomie, vraagt om een alerte en actieve corrigerende houding van de overheid, maar zeker ook van burgers. De burgers moeten weloverwogen keuzes maken, zich niet voor de gek houden, van zich laten horen als er dingen fout gaan en zich actief opstellen om daar waar mogelijk verandering in gang te zetten.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s